Frituren in tijden van Corona

Fritwinkeltje 1

’t Fritwinkeltje in Leuven

Als u dit leest is het ergste van de coronacrisis hopelijk voorbij maar misschien ook niet. Het moment (maandag 16 maart) dat onze reporter naar Leuven trok was in de eerste dagen van de beperkende maatregelen. Frituren, snackbars en restaurants mochten open blijven op voorwaarde dat ze enkel afhaalservice leverden. Toen onze medewerker naar Leuven reed, bleken de traditionele ochtendfiles op de Ring, de E40 en de E314 onbestaande. Eddy Daems en Wendy Verlinden van ’t Fritwinkeltje hadden hun eigen maatregelen genomen: hun terras met tafeltjes en stoelen opgeruimd, ontsmettende handgel op de toonbank.
“Het zijn onzekere tijden,” zegt Eddy Daems (47) die al zijn hele leven tussen de patatjes en de frietjes staat. “Het is een beetje afwachten hoe de toestand evolueert. Zullen de klanten blijven komen of blijven ze liever binnen?” Gezien zijn frituur gelegen is in een Leuvense buurt met heel wat studenten is het logisch dat veel van die studenten bij hun over de vloer komen. Maar de meeste cursussen worden nu online gegeven en het is onzeker hoeveel studenten naar hun kot in Leuven komen.

Patatjes en frietjes

Het minste wat je kan zeggen is dat Wendy en Eddy vergroeid zijn met hun patatjes en frietjes. Toen Wendy 18 jaar was wilde ze op eigen benen staan en opende ze een frituur in Tienen. Daar leerde ze Eddy kennen. Thuis bij Eddy, in Lubbeek, waren het ‘patattenboeren’. Ze plantten, oogsten, schilden en versneden patatjes die ze dan o.m. aan frituren leverden, ook aan de frituur van Wendy. Tussen de patatjes en frietjes bloeide een mooi liefdesverhaal dat leidde tot een huwelijk dat gezegend werd met twee dochters (Sarah en Stephanie). Thuis bij Eddy deden ze ook loonwerk (machinaal landbouwwerk voor anderen). Nog lang nadat zij hun eigen frituur hadden bleef Eddy loonwerk doen. “Tot zo’n 5 jaar geleden. Maar het was erg zwaar. Soms sliep ik maar 4 tot 5 uur per nacht. Het feit dat we gebouwd hebben in Drieslinter, op bijna 30 km van Leuven, maakte de dagen nog langer en de nachten nog korter”.

De friet voelen

De frituur die Wendy uitbaatte in Tienen heette Frithuisje ‘t Pleintje. Eddy leverde ook in Leuven frietpatatjes en wist zo dat er in de Jan Pieter Minckelerstraat, op Sint-Maarten, een frituur was over te nemen. Het was een ‘oude brak’ die zij deskundig wisten op te lappen. Een naam was vlug gevonden want in Tienen was er een klein meisje dat altijd over ’t Fritwinkeltje sprak i.p.v. Frithuisje ‘t Pleintje. Na een jaar of acht werd er naast de oude frituur, die heel de tijd open bleef, een nieuwe frituur gebouwd. Er kwam een nieuwe bakwand van Perfecta met transfer. “We stonden in het begin een beetje sceptisch tegenover die transfer maar wij waren direct verkocht. Niets is makkelijker om frietjes voor te bakken dan zo’n transfer. Het afbakken doen we wel manueel. “Ik moet de friet voelen,” zegt Eddy. “Ik kijk zelden naar de temperatuur want ik voel het meteen aan als die wat hoger of lager moet. Het maakt een groot verschil als je de dag begint met vers vet of als je moet bakken in vet waarin al zo’n 100 porties zijn gebakken. Maar wij verversen ons vet elke dag. Dat komt op 250 tot 300 kg vet per week. En elke dag worden de patatjes vers geleverd, dagvers!” Alsof de leverancier – Van Coolen uit Berloz, het eerste dorp over de grens met Wallonië – het gehoord heeft, arriveert een grote camionette met vacuüm getrokken frietjes. “We deden dat vroeger zelf in het familiebedrijf en zweren nu nog steeds bij frietjes in vacuüm. En omdat ik, bij wijze van spreken, tussen de patatten ben geboren weet ik echt wel wat goede kwaliteit is”.

Studenten

De Sint-Maartenbuurt barst van de studenten; dat zie je aan de honderden fietsen tegen de gevels van de huizen. “Hier komen alle nationaliteiten over de vloer,” zegt Eddy. “Er worden hier veel verschillende talen gesproken. Maar van mij zul je geen kwaad woord horen over ‘onze’ studenten. We hebben er nauwelijks problemen mee en ze studeren effectief”. “Problemen hebben we wel met ‘zatte’ mensen en dat zijn meestal geen studenten,” voegt Wendy er aan toe. “Het is wel zo dat je nog moeilijk aan goed personeel kan geraken. We roepen meestal de hulp in van jobstudenten maar moeten vaststellen dat niet iedereen even gemotiveerd is. Ze werken soms veel te traag en wij kunnen klanten geen half uur in de wachtrij laten staan”. Wendy en Eddy moeten vast stellen dat er steeds meer online besteld wordt. Dat gebeurt vaak via Pick & Go en Take Away. Zelfs mensen die op honderd meter van de frituur wonen nemen de meerprijs van zo’n 30 procent er graag bij. Betalen gebeurt vaak via Bancontact. Sommige studenten hebben geen euro (meer) op zak.

Fietsen en paardrijden

Vroeger was Eddy een verwoed fietser, hij deed tot 400 km op één week. Hij heeft het zelfs nog even in wielerkoersen geprobeerd. “Maar ik was te laat begonnen,” geeft hij grif toe. Vandaag fietst hij nog regelmatig van thuis in Drieslinter naar Leuven. “Maar ik besteed nu meer tijd aan de hobby van onze jongste dochter. Zij is een verdienstelijke amazone in de jumping. Het begon allemaal in de manege maar al gauw kwam er een eigen paard. Naar wedstrijden gaan dat betekent veel rondrijden. Maar dat heb ik er graag voor over. En haar liefde voor paarden hielp haar aan een job in de belangrijkste paardenkliniek van het land”. De oudste dochter komt al jaren geregeld in de frituur helpen.

Assortiment

’t Fritwinkeltje heeft zo’n 50 verschillende snacks met de huisbereide stoverij als topper, verschillende bicky burgers en ook burgers van het huis. Zij gebruiken voor hun huisburgers rundsvlees van ’t Kapblok, een gekende slagerij in Leuven. Om hun burgers optimaal te bereiden hebben Wendy en Eddy een grill in huis. De broodjes bakken ze zelf af. Erg geliefd zijn hun Leuvense Burger met een zelfgemaakte, licht pikante saus, sla, tomaat, augurk en uiteraard de burger met vlees van ’t Kapblok. Die vind je ook in de Kapblokburger met kruidenboter, spek, zongedroogde tomaten en wortelen.

Koning Klant

Een traditionele vraag: vragen die studenten soms om bizarre combinaties? “Als we het gevraagde in huis hebben, dan kunnen zij dat uiteraard krijgen. Over de combinaties maken wij ons geen zorgen: lekker is datgene wat je graag eet. En ja, ook hier is een Julientje met viandelle en stoofvleessaus populair bij sommige studenten”. Zelf eten Wendy en Eddy alle dagen frietjes. Niet meteen een jumbopak maar toch wordt er elke dag geproefd. “De enige manier om de kwaliteit te bewaken. Bij ons is de klant nog altijd koning”. En soms zijn dat Chinese koningen. Eddy vertelt: “Van die Chinese toeristen, maar eigenlijk van alle toeristen in het algemeen, kijk je soms wel eens op: ze komen binnen terwijl ze een Brusselse wafel aan het oppeuzelen zijn en bestellen een pakje friet. Een Chinees die ons land bezoekt moét blijkbaar frietjes geproefd hebben”.
Als we buiten gaan bemerken we dat er inderdaad geen tafeltjes en stoelen meer op het terras staan en dat er voor de deur van de frituur groene, fluorescerende lijnen zijn getrokken. “Dat is om de wachtenden op 1 meter afstand van elkaar te houden,” zegt Eddy. Frituren in tijden van corona!

’t Fritwinkeltje, Jan Pieter Minckelerstraat 35, Leuven, 016 22 87 38.