Nieuwe wetgeving voor flexi-jobs: wat verandert in 2024?

Een terugblik: hoe kwamen flexi-jobs tot stand?

Het systeem van flexi-jobs werd ingevoerd op 6 december 2015 als één van de flankerende maatregelen bij de invoering van de geregistreerde kassa. Toen was het alleen van toepassing in de horecasector, om pieken en onvoorspelbare momenten op te vangen. Sinds 2018 kunnen flexi-jobbers ook aan de slag in onder meer de kleinhandel en kunnen ook gepensioneerden een flexi-job uitoefenen om iets bij te verdienen.

Duurder en complexer

Tot nu toe bleek dit systeem een voltreffer voor zowel werkgever als werknemer. Toch besliste de federale regering om wijzigingen door te voeren. Wat verandert er nu vanaf 1 januari 2024?

1. Stijging van de RSZ-werkgeversbijdrage

De RSZ-werkgeversbijdrage stijgt van 25% naar 28% voor alle prestaties die vanaf 1 januari 2024 geleverd worden.

2. Plafond van €12.000

Voor de werknemers verdwijnt de volledige fiscale vrijstelling. Er wordt namelijk een plafond ingesteld van €12.000 op jaarbasis. Op het gedeelte boven de 12.000 euro zal men vanaf januari worden belast. Ondanks dat het aantal flexi-jobbers die meer verdienen dan deze maximumgrens zeer beperkt is, maakt deze nieuwe maatregel de wetgeving weer een stuk complexer.

Deze grens van 12.000 euro wordt niet geïndexeerd. Gepensioneerden vallen buiten deze bepaling en kunnen onbelast blijven bijverdienen.

3. Maximumloon

De horecasector is vrijgesteld van de nieuwe regel om de lonen te betalen volgens het sectorbarema. Wel wordt er een maximum ingesteld op het flexiloon. Dat loon mag vanaf januari maximaal 150% bedragen van het minimale basisloon, dat momenteel €11,19 per uur bedraagt (exclusief vakantiegeld).

Wie als flexi-medewerker aan de slag gaat, zal dus maximaal €16,785 (= 11,19 x 150%), vermenigvuldigd met het aantal bepaalde uren, mogen verdienen.

4. Geen eerdere arbeidsrelatie met werkgever

Voortaan mag een flexi-jobber in het huidige kwartaal van de tewerkstelling niet met dezelfde werkgever verbonden zijn of zijn geweest.

5. Wachtperiode

Werknemers die hun arbeidsvolume in de vaste job verlagen van voltijds in kwartaal T-4 naar 4/5de in kwartaal T-3, kunnen voortaan niet in kwartaal T, noch in kwartaal T+1 werken als flexi-jobber.

6. Verbonden ondernemingen

Wie meerdere horecazaken of filialen heeft, houdt er best rekening mee dat een flexi- jobwerknemer in het kwartaal waarin hij/zij werkzaam is of zal zijn, geen arbeidsovereenkomst van minstens een 4/5de regime mag hebben met een gebonden onderneming.

Horeca Vlaanderen riep in oktober al meteen op om het huidige systeem te behouden, na de plotse beslissing van de regering om het systeem van flexi-jobs uit te breiden naar andere sectoren en te wijzigen. Helaas werd hier geen gevolg aan gegeven en werd de beslissing van oktober behouden. Een evaluatie van de nieuwe regelgeving is pas voorzien voor eind 2024.

Horeca Vlaanderen betreurt de keuze die gemaakt werd om het huidige flexi-systeem te wijzigen. Daarom onderzoeken ze, in afwachting van de publicatie, al mogelijke verdere stappen.